BRESLAU RALLY 2020 – Mirjam Pol

BRESLAU RALLY 2020

Mirjam won vorig jaar de Breslau rally 2019 en mocht dit jaar, met startnummer 1, de rally openen. En dat blijft bijzonder. Ze heeft dat ondertussen wel vaker gedaan maar het blijft geweldig om als eerste de route op te gaan. Geen spoortjes, geen hints, alleen jij en je roadbook. Voor veel rijders een nachtmerrie maar Mirjam vindt het ondertussen een prachtige uitdaging. Er staan geen sporen, jij bent de eerste en jij moet het spoor trekken.

“Gezien het deelnemersveld schatte ik iedere dag top 10 te moeten kunnen rijden met klasseringen tussen een 5e en 10e plaats. Een vijfde plaats wanneer het allemaal mee zou zitten, een tiende wanneer het tegen zou zitten. Er was een serieus deelnemersveld en net als afgelopen jaar zag ik in Andrius (uit Litouwen) mijn grootste tegenstander. Vorig jaar was hij ook  aanvoerder van het klassement, totdat technische problemen hem parten gingen spelen en hij in het klassement wegzakte”, aldus Mirjam.

Dag 1
Mirjam vertelt verder over haar Breslau Rally: “Dag 1 hadden wij 2 specials, de eerste van 73 km die ik van begin tot eind op kop heb gereden. De tweede special (53 km) maakte ik aan het eind een klein navigatiefoutje en zag toen nog net Andrius voorbij glippen. Maar ik kwam tevreden als tweede aan de finish. De route openen kost tijd en had verwacht in de eerste special al door een aantal heren ingehaald te worden.

Dat gebeurde niet en ook in de tweede special kwam alleen Andrius mij voorbij. Mijn rijden was nog een beetje roestig, maar qua navigeren zat ik er al wel gelijk lekker in. Uiteindelijk werd ik negende en voor mij op een eerste dag is dat niet verkeerd. Meestal verbeter ik mij daarna alleen nog maar.

Dag 2
Dag 1 en 2 leken op elkaar, bosrijke specials op harde ondergrond, soms wat glad, boomwortels en zo hier en daar een steen. Specials meer geschikt voor enduro-motoren, niet voor zware rallymotoren. Er waren iedere dag meerdere specials en die werden gescheiden verreden. Meestal gingen de motoren, quads en trucks in de ochtend naar special 1 en de auto’s en SSV’s naar special 2. ’s Middags was het dan andersom.

Maar vooral met de middag specials was ik niet heel erg blij. Daar lagen dan al diepe sporen, boomwortels die naar boven waren gekomen, dikke keien, enz. Ook had het niet veel meer met navigeren te maken. 95% Van de route kon je gewoon de sporen volgen die de auto’s en trucks daarvoor al neer hadden gelegd. Dat maakte ’s middags minder interessant qua navigeren en ik vond het vooral ook een stuk gevaarlijker. Maar toch is het wel voor onze eigen veiligheid, die gescheiden routes. Vooral voor de motorrijders achteraan.

Dag 3
Dit was de eerste dag dat ik echt lekker op mijn motor zat. En dat had grotendeels met de specials te maken. In tegenstelling tot de dagen daarvoor bestonden de specials voor het grootste deel uit zand en bredere paden dan de dagen daarvoor. Prachtige specials voor de rallymotor dus.

De gemiddelde snelheid ging ook van 50 km/u op dag 1 en 2 naar 77 km/u op dag 3. En dat is gemiddeld, dan moet je nog behoorlijk doorrijden om dat te halen. Helaas (voor mijn gemiddelde snelheid) kwam ik een paar kilometer voor het eind Michael, een andere Nederlander tegen. Hij stond boven op een heuvel te signalen dat ik langzamer moest rijden en op moest passen. Hij hield zijn arm op een wat ‘vreemde’ manier vast en ik dacht gelijk ‘dat is niet goed’. Ik reed de heuvel over en zag zijn motor dwars op het pad liggen. Ik heb daar mijn motor aan de kant gelegd en die van hem van het pad gehaald en tegen een boom gezet. Michael kwam naar beneden lopen en was verder goed aanspreekbaar. Net na het heuveltje zaten twee gevaarlijk diepe gaten. Hij is met zijn voorwiel in één van beide gaten terechtgekomen en over de kop geslagen en dacht zelf zijn sleutelbeentje gebroken te hebben. Hij had zijn alarm al ingedrukt en hij gaf aan dat ik verder niets meer voor hem kon doen, ik vond hem verder ook gewoon ‘normaal’ qua reageren en antwoorden en dus ben ik maar weer gegaan.

Nacht etappe
Na de twee eerste specials die dag moesten wij ons verplaatsen naar het tweede bivak waar ook de nachtetappe plaats zou vinden. Vorig jaar zag ik daar heel erg tegenop, dit jaar zag ik er echt naar uit. En volgend jaar zie ik er opnieuw tegenop… Wat een ellende dit jaar…

Het begon al met een extra ingelaste briefing. De laatste dagen reden wij hoofdzakelijk op militair terrein. We kregen van een Poolse militair te horen dat ze de oefening waar ze mee bezig waren stil hadden gelegd voor de rally, maar dat de manschappen zich nog wel met hun materiaal konden verplaatsen. Dus pas op voor gecamoufleerde vrachtwagens, 4×4’s en tanks en de route.

Daarnaast konden er nog ‘objecten’ liggen, dus wanneer wij iets zouden zien, dan moesten wij stoppen, anderen daarvoor waarschuwen en bellen met de organisatie om de coördinaten door te geven. Ik vond het geen fijne gedachte en vond het ineens ook niet meer zo leuk om vooraan te rijden. Ik was ’s morgens 3e geworden en zou dus ook als 3e motor de nachtetappe ingaan. Na vorig jaar het gebrek van een goede helmlamp te hebben ervaren had ik er voor dit jaar een gekocht. Ik wilde er echt voor gaan zitten en dacht een goede nachtetappe te kunnen rijden.

Die gedachte verdween als sneeuw voor de zon, ik had twee extra lampen op mijn motor en 1 op mijn helm, maar zag helemaal niets door het stof van mijn voorganger. Ik had zoveel verlichting dat het weerkaatste op het stof. Dat is als rijden in dichte mist en dan het grote licht erop zetten. Ik heb van alles geprobeerd, extra lamp 1 uit, extra lamp 2 uit, hoofdlamp uit, oh nu heb ik alleen nog maar de standaardverlichting van mijn motor en zie ik bijna niets meer. Dan maar weer een lampje aan, enz. Het hielp uiteindelijk allemaal niets. Op kilometer drie zat er een groep fotografen die een vrachtwagen in tegengestelde richting naast het pad hadden gezet met alle mogelijke verlichting aan. Ik werd compleet verblind, moest daarna gelijk rechts en heb die afslag nooit niet gezien omdat ik vrij druk was met het vervloeken van de fotografen in het voorbijgaan.

Er lagen mega diepe sporen! Nóg dieper dan de vrachtwagensporen waar wij al zo’n hekel aan hebben. Het waren tanksporen. En zolang die maar in de lengte richting of haaks op de route liggen maakt het nog niet zoveel uit, maar een enkele keer lagen ze er ook schuin in en dan was het echt op het laatste moment, armen strekken, kont naar achteren, motor klemmen, voorwiel liften, gas erop en indien nog tijd over kon een schietgebedje ook geen kwaad om daarna maar te zien waar het schip strandde.

De nachtetappe was 59 km en rond kilometer 11 ging er voor het eerst deze rally echt hard af. Een klassiek gevalletje van; wat je niet ziet aankomen kun je ook niet ontwijken… Ik kwam met mijn voorwiel in een greppel (of tankspoor, dat weet ik niet) en werd zijwaarts van mijn motor geslingerd. De klap was hard op mijn schouder/hoofd/linkerkant en ik was heel even wat gedesoriënteerd, maar stond al snel weer naast mijn motor. Ik had overal zand, in mijn helm, in mijn bril, onder mijn jas, enz. En mijn helmlamp was uitgevallen, dat was wel echt een domper voor het navigeren. En ik baalde er nog meer van omdat ik hem net nieuw gekocht had. Na 11 km al vernield, hoe krijg je het voor elkaar…

Toen was ik er klaar mee en ben ik een tandje zachter gaan rijden. Bij moeilijke situaties gewoon even stil gaan staan en kijken en net iets minder hard rijden om verder valpartijen te voorkomen. En wat schetste mijn verbazing, niemand die mij inhaalde. Sterker nog ik kwam ook nog een motor en quad tegen die voor mij gestart waren, de weg waren kwijtgeraakt en achter mij aanreden naar de finish. Ik kwam uiteindelijk als tweede aan de finish en bleek de volgende ochtend de nachtetappe gewonnen te hebben. Hoe vreemd kan het gaan…

Dag 4
De volgende ochtend ging ik niet echt lekker van start. Vaak voel je de dag na een valpartij pas echt hoe hard een klap geweest is. Niets ernstigs, maar gekneusd aan alle kanten. Na een half uur begon het wat beter te lopen, maar tot overmaat van ramp klapte ik aan het eind van de eerste special nog in een diep gat, werd van mijn motor geworpen, maar wist me nog net aan mijn stuur vast te houden en viel na een handstand op het stuur terug op mijn motor. Technisch gezien ben ik dus niet gevallen, maar de klap was hard en ik dacht heel even mijn enkel gebroken te hebben. Kort daarna raakte ik letterlijk en figuurlijk het spoor bijster. Ik zag het gewoon niet meer. Ik heb ongeveer 25 minuten rondjes lopen draaien en zelfs tot 2x toe op het punt gestaan waar ik af moest slaan, maar ik zag het gewoon niet, totdat ik langs de route stond te kijken naar alles wat voorbijkwam en er ineens iemand afsloeg.

Tussen de eerste en tweede special die dag zat ruim 2 uur pauze. En daar heb ik dankbaar gebruik van gemaakt. Ik ben teruggereden naar het bivak, heb daar wat gegeten, even gezeten en opgeladen voor de tweede special. De pijn in mijn enkel zakte gelukkig wat af en voelde ‘stabiel’ (in ieder geval niet gebroken) en uiteindelijk heb ik mij in de tweede special nog weten te herstellen en de schade van die ochtend nog enigszins weten te beperken met een 10e  plaats.

Dag 5
De laatste dag startten wij op volgorde van het algemeen klassement. Ik stond zesde met 13 minuten achterstand op degene voor mij en 40 minuten voor op degene achter mij. Normaal gesproken zijn die gaten te groot om nog iets te kunnen veranderen in het klassement.
Een beetje teleurstellend, ik was zesde en had vijfde kunnen staan als ik er in de nachtetappe niet was afgegaan en ik de volgende ochtend niet had verknald. Maar goed, ik had gezegd tussen de 5 en 10, dus 6 viel wel binnen de marge.
Andrius had de hele rally in het algemeen klassement eerste gelegen en ging de laatste etappe in met een voorsprong van iets meer dan 2,5e minuut. Het was onze langste special, 121 kilometer aan één stuk. Ik reed goed en kwam onderweg een paar keer rijders tegen die voor mij gestart waren en aan het zoeken waren. Het was ingewikkelde navigatie, maar zeker wel te doen. Een paar keer heb ik ook stilgestaan, heel even goed kijken en dan weer verder. Dat heeft mij uiteindelijk de derde plek opgeleverd!
Toch een mooie afsluiting, 3e in de laatste special. Toch was ik wel een beetje teleurgesteld in mijn einduitslag. Ik was echt voor die vijfde plaats gegaan, ik had nog een minuut of 8 á 9 goed gemaakt op de persoon voor mij, maar dat was net niet genoeg om er nog aan voorbij te gaan.
Andrius verloor letterlijk en figuurlijk wederom de rally door technische problemen. Op de laatste dag nog wel. De hele rally het klassement aangevoerd en dan gaat de laatste dag zijn navigatie kapot, heel sneu. Twee keer duidelijk de beste, maar twee keer niet op de hoogste trede, ook dat is rally. Ik hoop voor hem dat drie keer scheepsrecht is maar… mocht ik volgend jaar weer deelnemen aan deze rally, dan ga ik er natuurlijk alles aan doen om zelf weer op die hoogste trede te komen.

We waren gefinisht, maar de rally bleek toch nog niet ‘echt’ voorbij. Een dag later, onderweg naar huis zat ik de uitslagen nog eens te bestuderen; de rijder voor mij waar ik de laatste dag nog 8 á 9 minuten op was ingelopen had een waypoint gemist. En daar staat 5 minuten penalty voor.

En… daarmee eindigde ik niet op de zesde, maar op de vijfde plaats! Op 45 seconden voor de nummer zes! Jammer van de valpartij, maar al met al geen slechte rally!

                                                

0